Meanwhile back in the ping pong pit

“Meanwhile, Back in the ping pong pit...

Woke up this morning feeling blue
Woke up this morning feeling blue
Woke up this morning feeling blue

I'm sick and tired had nothing to do

.....

Skanga Skanga Skanga Herbie Weed”

'Meanwhile back in the ping pong pit' is een kleine retrospectieve van Marc Palmer. Als we het oudere werk met recentere schilderijen vergelijken zien we dat Palmer evolueert naar een strakkere beeldtaal. Daar waar zijn vroegere werk 'naïever' geschilderd was, kiest hij nu resoluut voor dikke lijnen en een expressief kleurenpalet. Ondanks die eenvoud , worden ze complexer na enige reflectie. Deze werken zijn onderbouwd met referenties naar stedelijke architectuur, subculturen en grafische vormgeving. Deze impliciete gelaagdheid plaatst het oeuvre van Palmer binnen de 'populaire cultuur'. Het is geen kunst die verzet, maar dat eerder een hommage brengt aan het mooie van de massacultuur. In tegenstelling tot andere artiesten is Palmer niet moraliserend – kritisch tegenover de hedendaagse consumptiemaatschappij - maar tezelfdertijd verre van nihilistisch zoals vaak bij hedendaagse remakes van popart. Het zijn verhalen die vertellen over het zoeken naar en construeren van een identiteit en bovenal tonen ze een fascinatie voor de Britse stadscultuur.


Het is niet verwonderlijk dat de titel van deze expositie inherent deel uitmaakt van Palmers werk en aansluit bij diens artistieke filosofie. Ze verwijst naar de openingszin van het punknummer 'Skanga (Herbie Weed') door G.B.H, waarin de leadvocalist zich met een grommende stem vervelend afvraagt wat hij hier doet om daarna te vervallen in een samenzang dat 'Skanga herbie weed' - marihuana voor de niet-kenners onder ons – aanprijst. Het is een hoog staaltje van de Britse punkcultuur en meteen ook een aanklacht tegen het nihilisme van alledag. Of is het gewoon een nummer van een bende zotte punkers met een writersblock? Het staat alvast buiten kijf dat een 'ping pong pit' weinig inspirerend werkt. Of juist wel?